In de afgelopen decennia heb ik de impact en invloed van de mens op het klimaat volledig onderschat. Als ik rondkijk waar we nu staan met het klimaat en de reacties van mijn omgeving op de grote vraagstukken, denk ik dat veel mensen, net als ik, hun eigen effect onderschatten.
We hebben als mens een aantal vooroordelen (biases) opgebouwd die ervoor zorgen dat we de dingen niet goed zien. Zoals Cruijf zei, ‘je ziet het pas als je het doorhebt.’ Wanneer we het dan wel door hebben, dan is het lastig om ons gedrag te veranderen. Cruijf zei ook, ‘Soms moet er iets gebeuren voordat er iets gebeurt.’ Dat zien we bijvoorbeeld bij de sterke stijging van de energieprijzen, nu maken mensen zich plotseling wél druk over hernieuwbare energie, van het gas af, minder verbruiken en isoleren.
Een verandering van je gedrag is in theorie eenvoudig. Nog één keer Cruijf, ‘Ik ben overal tegen. Tot ik een besluit neem, dan ben ik ervoor.’ Dit is hoe ons brein werkt. We zijn het niet eens met wetenschappers, ervaringsdeskundigen, en je partner totdat je zelf een besluit neemt, dan ben je voor. Sterker nog, in het gesprek met Minke Tromp erkende ik, dat als je eenmaal het besluit hebt genomen en voor bent, dan veroordeel je anderen die nog tegen zijn. Dat is niet eerlijk, want ik was eerder zelf nog tegen en nu vind ik mezelf beter dan die ander omdat ik een besluit heb genomen. Hier helpt mijn gedrag niet in de transitie van die ander. Wat wel helpt zei Minke in dat gesprek, is onderzoeken en vragen stellen.
De vooroordelen die niet helpen
In het boek Provoke beschrijven Tuff en Goldbach hoe onze vooroordelen ervoor zorgen dat leiders in bedrijven bepaalde trends over het hoofd zien. Deze vooroordelen komen je waarschijnlijk bekend voor:
- beschikbaarheidsbias,
- egocentrische vooringenomenheid,
- heuristische vooringenomenheid beïnvloeden,
- status quo vooringenomenheid, en
- overmoed vooringenomenheid.
Een korte uitleg van deze vooroordelen.
Beschikbaarheidsbias
We hebben de neiging om te bouwen op voorbeelden waar je mentaal eenvoudig en snel toegang toe hebt. Vaak zien we rampen niet aankomen omdat het mentaal niet toegankelijk is op dat moment. Denk aan corona. Wat hierbij helpt is verschillende scenario’s voor de toekomst uitdenken in teams met verschillende mensen.
Egocentrische vooringenomenheid
We kennen meer gewicht toe aan data dat in overeenstemming is met ons standpunt. Rondom een onderwerp zie je veel voorbeelden voorbij komen, maar de voorbeelden die ons eigen standpunt ondersteunen krijgen de voorkeur. Nodig mensen uit om mee te denken die een ander uitgangspunt hebben.
Heuristische vooringenomenheid beïnvloeden
Dit gaat over de emotionele reactie (goed of slecht) passend bij de ervaring. Het is een onderbuik reactie op sterke gevoelens die we hebben tot het onderwerp. Wat hierbij helpt is je eerste reactie onderdrukken en uitleggen welke data je hebt gebruik om je reactie op te baseren.
Status quo vooringenomenheid
We hebben een voorkeur dat dingen hetzelfde blijven. Dit heeft een directe relatie met de aversie tegen verlies. Als de status quo dreigt te veranderen zien we vooral de lasten die dat met zich meebrengt. Het helpt om ook te kijken naar de verliezen als we niet zouden veranderen.
Overmoed vooringenomenheid
We hebben te veel vertrouwen in de kans dat we gelijk hebben. We overschatten de kans dat we situatie correct inschatten.
Naast deze vooroordelen hebben we gewoontes die ervoor zorgen dat we de wereld zoveel mogelijk hetzelfde willen houden. De bekende route volgen.
Gewoontes die niet helpen
Jouw en mijn brein zoekt naar manier om minder energie te verbruiken en gewoontes ontwikkelen helpt hierbij. Een gewoonte zorgt ervoor dat je brein met minimale inspanning je kan aanzetten tot een bepaalde actie. Door een trigger te gebruiken voor actie. Telkens wanneer de trigger er is doe je daarna wat je altijd doet.
Deze gewoontes zijn handig voor de korte termijn. Je brein verbruikt minder energie. Het lastige is dat het brein altijd naar de weg van de minste energie en het meeste gemak zoekt.
Wanneer je bijvoorbeeld iets zoets eet dan reageert je brein als vanzelf om er meer van te nemen. Je weet tenslotte niet wanneer je weer in de gelegenheid bent om weer zoet (=energie) te eten. Daarom blijven we snoepen als we onze wilskracht niet bewust aanspreken. Niet handig voor je gezondheid op de lange termijn.
Bedrijven maken slinks gebruik van deze reactie van ons brein, eten bewust zoeter maken, je telefoon en apps zo maken dat je het gevoel hebt dat je nog ‘even’ verder moet scrollen voordat je iets waardevols vindt, de taal in de marketing om je meer nieuwe spullen te laten kopen omdat je niet goed genoeg bent, en nog veel meer.
Enkele gewoontes van een mens waar vooral de toekomstige generaties last van gaan krijgen zijn:
- gemak zoeken onder het mom van efficiëntie,
- dagelijks douchen,
- vlees eten,
- het gehele huis verwarmen,
- een auto bezitten,
- nieuwe spullen kopen,
- jezelf vergelijken met mensen die meer hebben,
- goedkope spullen kopen,
- korte termijn denken,
- financiële zekerheid voor welzijn plaatsen,
- zo groot mogelijk huis bezitten.
Voor deze gewoontes zijn meer grondstoffen nodig, verbruikt veelal fossiele brandstof, levert meer afval en uitstoot op.
Wat kunnen we doen om dit te doorbreken?
Onderzoeken van de data en tegelijkertijd kijken naar kansen voor de toekomst. We gaan daardoor de gevolgen van onze acties onder ogen zien en we zien handelingsperspectief. Wat is er mogelijk? Wat kun je zelf doen?
In het welvarende Westen onze gedachten over succes en geluk veranderen en meer werken aan welzijn voor iedereen is een goede start. Een pas op de plaats in de economische groei, kan ruimte maken voor de groei in sociale en ecologische impact. Dat geeft de toekomstige generaties zicht op een leefbare planeet waar zij en hun kinderen zich kunnen ontwikkelen.